De Beste en maar braafste matroos aan boord,
Dat was toch wel die kleine Theodoor.
Hij ging om de zuid en hij ging om de noord
Die kleine brave zeemaat Theodoor
Als de storm aan de touwen rukt
Dan roep hij niets dan hey oh hey
Hij heeft geen heimwee
Want als zijn thuis geldt immer de grauwe zee.
Ahoy, Away.
2. Hij voer op de zeeën de aarde rond
De kleine maar grote brave Theodoor.
Maar toen is zijn schip op de klippen gestrand
t was uit met de kleine brave Theodoor.
Het zuiderkruis en de poolster
Riepen hem nog na ahoy, away.
Jongens geen heimwee
Want zijn thuis dat is nu de grauwe zee.
Ahoy, Away.
3. De zeegod die nam hem in zijn arm
Hij is de beste vriend van kleine Theodoor.
De zee is zijn wieg, de zee houd hem vast,
De kleine zeemaat, brave Theodoor.
Als de storm aan de touwen rukt
Dan roept hij slechts away, adee
Heeft geen heimwee want zijn thuis
Is immer de grauwe zee.
Ahoy, Away.
|